1803 - Maria Constantina van
Berck, Douaiere.


Eerste van 10 bladzijden van de volledige inventaris
.

Geeft met verschuldigt respect te kennen, Maria Constantina van
Berck Douaiere van wijlen de Colonel Henry Bosset.
Dat requestrante bij successie als vrij allodiaal goed heeft
geaquiseerd de Ambagtsheerlijkheden van Abcoude en
Baambrugge, gelegen onder dit departement Utrecht, het
welk door de staaten van het zelve gewest voormaals onder
plegtige guarantie is verkogt geworden met het recht van
naasting van alle de huysen en landen, geene uitgezonderd
staande en gelegen onder den geregte voornoemt / beneffens
het recht van de 13e penning van alle de landen onder die
districten resorterende, zoo menigmaal de verkogt worden
Item het thiendrecht grof en smal over Abcoude, Vinkeveen
en Oudhuysen, als meede de visscherye ende watertol
beginnende vande Stevensbrugge af en loopende door
Baambrugge, voorts door Abcoude naar en voorbij dat
Buyten end door de Geynbrug naar Weesp tot in de drie-
sprong toe. Voorts met het regt van een vrye Paarden
markt, en der tol der zelve. Item het regt van den vrijdom
der Tollen, en het weggeld op het zandpad tusschen Breukelen
en Ouderkerk als meede van de Tollen en Gabellen op den weg
door Duivendrecht, nog met het regt van het aanstellen van
de Regthuyzen in de voorschreven districkten, het windrecht
van de koornmoolen, de Thynsgelden, Zwaanendrift, het
recht van patronaatschap, gemeenschappelyk met Decanen
Capittulairen van St. Pieter te Utrecht als Ambagtsheeren van
Aasdom, tot de kerk tot Abcoude zoals dat van ouds is geexerceerd
wyders een dubbeld gestoelte in de kerk te Abcoude, voorts
het aanstellen van Schout en Gadermeestersn en Schepenen,
Poldermeesters, Secretaris en Bode, Item van Kerkmeester,
Doodgravers, Koster, Omroeper en Brugman van de Hulkbrugge
tot Abcoude, als mede van Schippers over en weder op
Utrecht en Amsterdam, en alzulke regalien, pominentien,
Gerechtigheden en Emolumenten als tot en aan de voorschreeven
Ambachtsheerlykheden behoren en van de zelve dependeeren
alles gespecificeerd by de koopconditie den voorschreven
Heerlykheden van dato 1 May 1715 volgens welke het voor-
schreeven perceel voor gecommitteerens van de toenmalige
staaten van dit gewest in het openbaar is verkogt aan
Theodoris de Leeuw en voorts aan den zelve op den 21 July
daar aan volgende getransporteerd met expresse belofte
van vryding en waaring / voor alle open en aanspraak des
weegens wiens overleyden de voorschreven Ambachts
heerlykheden met alle regalien, Prominentien Gerechtheden
en emolumenten invoegen als hier boven gespecificeerd te zamen
met het Slot van Abcoude ende den opstal Plantaajen, hout
gewassen landen daar aan specterende groot te zamen
zestien mergen. Een huismans wooning met zyn getimmerten
en bepootinge daar op staanden neffens omtrent twee mergen
weyland geleegen by het voorschreeven Slot van Abcoude en
nog vyftien mergen geleegen aan de overzyde van de vaart
van Amsterdam op Utrecht het Geyn genaamt. Item vyf
mergen lands waar van drie mergen zyn genaamt het
Marktveldt, meede gelegen onder Abcoude in de Oostzyder
polder, mitsgaders nog omtrent twee mergen genaamt De
Zuwe gemeen met de diaconie tot Baambrugge Zynde alle
meede vry allodiaal goed en Eyndelyk de Tiendens grof
en smal over Abcoude / Vinkeveen en Oudhuysen, behalve
de Banwerken als binnen, boven en beneden belast met
het maaken van vyf roeden in de voordyk of kade voor de
landen van Van Beek en met opzicht tot de vyf mergen
genaamt Het Marktveldt van te moeten gedoogen het
draaven en ryden der paarden ten tyde van d jaarlykse
Paardemarkt over de voorste kamp, en het maaken van
de straat in de dorpe van Abcoude, voor die kamp ge-
legen, en nog met een jaarlykse uitkeering van een honderd
guldens aan de Diaconie van Abcoude, zyn verkogt voor
de niet geringe somme van vier en negentig duizend guldens
aan Maria Slaars Weduwe van Constantinus Cornelis de
Wilhem volgens koopconditie date 21 february 1749 van
welcke weduwe de hier voren gemelde goederen vervolgens in
linea de siendentie zyn gedevoleerd op de Requestrante.
Dat de requestrante met ogenblikkelyke terzyde stelling
van de revenuen wegens het Slot van Abcoude en verder
daer by specifiq op gegevene goederen (als een gering gedeelte
uitmaakende in vergelyking van de revenuen van de Ambagts
Heerlykheden) doch niet met ter zyde stelling der revenuen
van den paarden tol tot die goederen behorende maar
omtrent de requestrante alsmeede het ongeluk gehad heeft
weygeringe van betaaling en oblocutie te moeten ondergaan
Zoo als zy requestrante de vryheid neemen zal de byzonder-
heid dien aangaande zoo straks aan u lieden onder het
oog te brengen geloofd heeft voornamelyk alhier zich te kunnen
en moeten bepaalen tot de hier bovengemelde Ambagts
Heerlykheeden van Abcoude en Baambrugge met de
regalien, Proemenentien en Gerechtigheeden mitsgaders
verdere op en dependentien, vertrouwende dat het haar
niet ten kwaade zal kunnen geduid worden wanneer zy de
attentie van deeze vergadering een korten tyd bezig houdt.

Het Utrechts Archief Toegang 29 Inv.nr. 16